Een somatoforme stoornis staat bekend als een lastig te behandelen, chronische aandoening. In de GGZ-richtlijn SOLK en somatoforme stoornissen is psychotherapie (cognitieve gedragstherapie) de behandeling van eerste keus bij de ongedifferentieerde somatoforme stoornis. Het was echter nog niet bekend of psychotherapie ook effectief is bij patiënten met een ernstige somatoforme stoornis, die veelal in de tweede- en derdelijn worden gezien.
In deze meta-analyse werden zowel het effect op fysieke symptomen, psychologische symptomen (depressie, angst, boosheid) als functionele beperkingen (ervaren gezondheid, interpersoonlijke problemen, maladaptieve cognities en gedrag) onderzocht. Tien gerandomiseerde en 6 niet-gerandomiseerde trials werden geïncludeerd, met in totaal 890 patiënten die psychotherapie en 548 patiënten die ‘treatment as usual’ kregen (geen wachtlijstconditie). Psychotherapie was effectiever dan treatment as usual voor lichamelijke symptomen (d = 0.80 v. d = 0.31, P<0.05) en functionele beperkingen (d = 0.45 v. d = 0.15, P<0.01), maar niet voor psychologische symptomen (d = 0.75 v. d = 0.51, P = 0.21). Deze effecten bleven bestaan na een jaar follow-up. Psychotherapie lijkt dus effectief bij ernstige somatoforme stoornissen.
Omdat de methodologische kwaliteit van de studies als beperkt werd beoordeeld, raden auteurs aan om in de toekomst meer onderzoek te doen naar verschillende typen psychotherapie, waarbij specifieke mechanismen van verandering worden onderzocht.
Koelen JA, Houtveen JH, Abbass A, Luyten P, Eurelings-Bontekoe EH, Van Broeckhuysen-Kloth SA, Bühring ME, Geenen R. Effectiveness of psychotherapy for severe somatoform disorder: meta-analysis. Br J Psychiatry. 2014 Jan;204:12-9.